Aan het werk komen was moeilijk, weet Mohamed Touzani nog al te goed. Totdat hij een mentor kreeg. “Het was een succesvolle man uit de zakenwereld. Maar hij maakte grappen, weet je. We konden ‘gewoon’ doen tegen elkaar, er was geen afstand. Hij heeft me geleerd om werk te vinden.“
Stapsgewijs, al coachend, bracht de mentor Mohamed op een nieuw pad. “Hij heeft me geholpen een cv te maken, mezelf goed te presenteren, en te kijken naar opleidingen die worden aangeboden. Hij heeft me duidelijk gemaakt hoe ik mezelf kan verbeteren.”
Dankzij de mentor kreeg Mohamed een functie bij de gemeente Den Haag. Nu is hij beheerder bij Buurtcentrum De Mussen. En over vijf jaar? “Dan werk ik hopelijk in de ict – mijn passie – bij een bedrijf waar ik mezelf weer verder kan ontwikkelen.”
Mohamed Touzani is letterlijk en figuurlijk een sprekend voorbeeld van het project De Werkplaats. Hulp bieden bij het vinden van een baan, wat De Werkplaats doet, is natuurlijk niet nieuw. Ook niet in de Schilderswijk. Maar de manier waarop wel. Hoogopgeleide mensen gaan gedurende een halfjaar wekelijks één op één aan de slag met een werkzoekende.
“Dat maakt maatwerk mogelijk”, vertelt projectleider Ludolf van Hasselt. “Vertrouwen wekken, een goede analyse maken. Niet even snel scoren, wat die hoogopgeleide mannen vaak gewend zijn, maar alle tijd nemen. De mentoren stellen hun tijd, ervaring, kennis en netwerk ten dienste van mensen die meestal in armoede leven. Ze leren hen om hun leven zo te organiseren dat ze ook kúnnen werken. En de praktijk leert: werk maakt sterk, werk maakt weerbaar, werk maakt dat je trots kunt zijn, en een voorbeeld bent voor je kinderen.”
En de resultaten zijn er: zestig procent van de deelnemers heeft een betaalde baan, tien procent volgt een opleiding, en de rest doet vrijwilligerswerk. Dat is te danken aan de gestructureerde opzet van het project, de persoonlijke, intensieve relaties tussen mentoren en werkzoekenden en het ontbreken van dwang. Plus de financiering door ‘Europa’, want de mentoren mogen dan onbetaald hun zegenrijke werk doen, er zijn wel kosten aan dit project verboden. De EU is in dit geval Interreg, een programma dat grensvervaging bevordert. Grensvervaging? In Den Haag? Projectleider Ludolf van Hasselt is hierover misschien nog wel het meest enthousiast: “Dit is echt een motor om de segregatie tegen te gaan. Mensen uit het Statenkwartier en Benoordenhout komen naar de Schilderswijk. Dat is natuurlijk een wereld op zich, met al die nationaliteiten. Maar die mentoren halen de Schilderwijkers ook een keer uit hun comfort zone en geven hen toegang tot andere delen van de Haagse samenleving.”
Dat mag waar zijn, om mensen uit hun comfort zone te halen moeten ze zich toch eerst ergens vertrouwd voelen. Dat vertrouwen vinden veel mensen in De Mussen, met 91 jaar het oudste buurtcentrum van Nederland. En een van de succesvolste, gelet op de vele keren dat het als voorbeeld dient voor andere buurtorganisaties in Nederland en daarbuiten.
Iemand die belangrijk is voor de sfeer binnen De Mussen is de nog jonge Samira Elkadi. Ze is er opgegroeid, in 2016 als vrijwilliger aan de slag gegaan, en eind 2017 in dienst gekomen. “Dit is een tweede huis voor iedereen”, weet ze. “Ook als er sores zijn, komen mensen hiernaartoe. Voor elke leeftijdscategorie is hier wat te vinden.”
Wat zijn de redenen dat het zo goed gaat bij De Mussen? “We vormen een eenheid. En het succes zorgt voor trots. Mensen creëren hier een nieuw zelfbeeld. Dat maakt hen sterk”.